8 top tips om grote karper te vangen op kleine wateren
Wil jij de grotere karpers van een klein water vangen? Deze 8 top tips helpen je op weg!
We hebben het in dit artikel over de kleinere wateren die je tegenkomt onderweg naar het grote meer die je wilt gaan bevissen. Klein meertjes waar (relatief) veel mensen vissen, en waar die grote karpers zich lastig laten vangen.
1. Vis op momenten dat de rest er niet heen zou gaan.
Het klinkt misschien gek, of juist te logisch voor woorden. Maar het werkt enorm goed. Op het moment dat de lijndruk in het water afneemt, gaan de vissen soms helemaal 'los' en heb je meer kans op de grotere vissen. Kies er dus voor om de laatste uurtjes voor het donker word op de stadsvijver als de rest naar huis gaat, op een dag dat het veel regent of maandag ochtend net even wat langer door vissen als de rest, wanneer zij naar hun werk gaan. Dat zijn de momenten die het vaakst de grote karpers opleveren.
2. Vis tegen de kantjes
Veel van de grotere karpers, op drukke wateren azen als iedereen naar huis is aan de kantjes. En nee, we hebben het niet over die mooie boom 70m verderop. Probeer het eens vlak voor je eigen stek, een meter of 5/6 naar links of rechts, tegen het riet aan of zelfs recht onder de stijger. Veel vissers gooien aan het eind van de sessie hun overgebleven partikels zo onder de eigen kant. Een ideale maar onbewuste voerstek dus!
3. Shhhh...!
Veel mensen zeggen het heh? En dan krijg je een antwoord van 'De vissen horen je heus niet hoor'. Dat is echter niet helemaal correct. Op kleinere wateren moet je juist stil zijn aan de waterkant. Als je aan komt banjeren met je spullen, aan het praten bent en vervolgens je hengels in gooit, heb je veel minder kans onder je eigen kantjes, terwijl zoals in tip 2 omschreven ook vaak grotere vis zit te azen! Wees stil, probeer je aas voorzichtig in te leggen, zonder harde plonzen. Voer in een keer een klein beetje. Zo veel mogelijk rust, kan het verschil maken.
4. Die stek?! Weet je dat wel zeker?
Door de struiken heen, oppassen dat je lijn nergens achter blijft hangen. Op wateren waar veel gevist word, moet je het onmogelijke proberen. Een stek die niet makkelijk te bereiken is, kan wel de oplossing zijn voor het vangen van vis. Tenzij iedereen het doet natuurlijk ;).
5. Drie piepjes? Ik sla alleen aan bij een run.
Zet je volume laag, gevoeligheid van de beetmelder enorm hoog. Op wateren waar dressuur heerst kunnen ze vaak meerdere malen gehaakt worden zonder dat jij het door hebt. Je krijgt vervelende knopjes in je onderlijn waar je echt niet op staat te wachten. Of... nog erger, er zit al 45 minuten een brasem aan! Om die reden, wanneer het kan, kijk goed naar de lijn en de hengeltop. Wat gebeurt daar mee? Je hebt niet altijd een volle run nodig om een vis te vangen. De top vis van een lokaal karper water heb ik gevangen door alleen naar de lijn te kijken, m'n beetmelders gaven slechts een enkele piep!
6. Maar één hengel op een stadsvijver?
Laat je niet tegenhouden door het verbod op een tweede hengel. Je hebt tenslotte maar 1 nodig voor een goeie vis. Ik en mijn broer Tom hebben in het verleden top sessies gedraaid met 2 hengels de man op grote Franse wateren, terwijl de rest geen vis ving, en viste met 4 hengels per persoon. Het gaat dus niet om kwantiteit maar om kwaliteit van de stek, aas en rig. Daarnaast kan het juist heel positief zijn om met maar 1 hengel te vissen. De lage hengeldruk op jouw stek, en veel hengeldruk op andere stekken kan de vis jouw zone in duwen.
7. Ga rustig zitten, kijk over het water en wacht.
Constant bij je stek zitten, even weer wat aas gooien. Doe het niet! Je kan de vissen makkelijk weer van je stek verjagen. Helemaal als je vlak bij je stek zit. Sommigen zien Mark Hofman zijn lijntjes uitzwemmen op een Frans karperwater en duiken gelijk de stadsvijver in. Sterk af te raden voor instant sessies! Voor de toekomst is het natuurlijk altijd fijn wat stekken te zoeken. Meer hé, we zijn niet allemaal zo gek als die bakkenvanger Hofman ;).
8. Oppervlakte vissen en Stalken
Er zijn steeds meer karpervissers die hun hengel in gooien en wachten, en dan maar klagen dat ze niets vangen. Er zijn meer mogelijkheden! Blijf bezig met zoeken naar de vis. Een super effectieve methode is aan de kant meerdere stekjes aanvoeren, of drijvend voer tussen de lelies gooien op een aantal plekjes, en dan weer langs lopen. Zie je aas bellen of karper liggen? Go for it!